P De Sonville
20-04-2004, 23:17
Belgium Racing / Qvick Motors Racing
Twee Ultima’s GTR aan de start
Een nieuw concept opbouwen is steeds een uiterst zware opdracht en gaat veelal gepaard met kleine kinderziekten die hier en daar de kop opsteken. En daar zijn ze zich bij Qvick Motors en Belgium Racing ook van bewust. Met de opbouw van de twee Ultima’s GTR heeft Erik Qvick terug zijn handen vol gehad de laatste maanden. Een dergelijke operatie gaat uiteraard niet over één nachtje ijs. Vandaar dat beide team een marge inbouwen, waarin ze zichzelf de tijd geven tot de 24 Uren van Francorchamps om de Ultima perfect onder de knie te krijgen. Je moet immers weten dat, buiten het originele buizenchassis en de carrosserie zowat alles is gewijzigd is aan deze prachtige Engelse bolide. Het inbouwen van die marge betekent echter niet dat men alles aan het toeval overlaat. Het exemplaar van Belgium Racing voor Theuws/Derdaele stond op de startgrid van het New Race Festival, de openingsklassieker van het Mediagroup Van Dyck Belcarkampioenschap.
Ondanks het feit dat tijdens de nachtelijke uren voor de wedstrijd nog een nieuwe en iets zwakkere krachtbron werd ingebouwd en de ophanging van de wagen niet optimaal functioneerde, slaagden Theuws/Derdaele/Geoffroy er toch in om een rondje Zolder af te haspelen in een chrono van 1’40”. Zowat de vierde beste tijd in GTB en een flinke opsteker na maanden van hard labeur. En dit is zeker geen referentietijd, want de ruwe diamant dient nog verder worden geslepen. Vooral de schokdempers van KW bleken te zwak tijdens het eerste treffen.
Het monteren van sterkere veren was een pleister op een houten been. Daardoor gedroeg de Ultima zich bijzonder nerveus en konden de banden niet op bedrijfs-temperatuur komen. Maar door het feit dat ondanks die problemen de Ultima van Belgium Racing reeds 1’40” draaide in Zolder en de race over 2 uren uitreed met
een extra pitstop (Geoffroy) en een stop and go kunnen we toch stellen dat de missie méér dan geslaagd is. Het is nu aan Qvick Motor Sport en Belgium Racing om de scherpe kantjes af te ronden. Niemand die eraan twijfelt dat de Ultima’s op termijn voor het ereschavot gaan. Komend weekend maakt ook het exemplaar van Qvick/Geoffroy zijn opwachting. Door het feit dat beide wagens tegen komend weekend nog moesten worden voorzien van een nieuwe krachtbron werd er niet getraind, waardoor de afstelling voorlopig nog met de natte vinger zal gebeuren.
Ondertussen kregen beide Ultima’s reeds een reeks evoluties mee. Ondermeer op gebied van electronica, waardoor méér gegevens kunnen worden afgelezen. Ook een power shift-systeem werd gemonteerd, waardoor men kan opschakelen zonder van het gas te gaan.
Erik Qvick betreurt wel het feit dat beide wagens op verschillend rubber geschoeid staan. Qvick Racing opteert voor Pirelli, terwijl Belgium Racing op Dunlops rijdt.
Bij de fijnafstelling kunnen daardoor wel verschillen ontstaan.
Michel De Coster: “We moeten iets agressiever gaan rijden”
Naast de twee Ultima’s mogen we uiteraard de escapades van het duo Broodcooren/
De Coster niet vergeten die de Belgium Racing-BMW Compact bemannen in de klasse TB. Voor Michel De Coster, die naast zijn job als gitarist bij ‘De Mens’ zich ook ontpopt als virtuoos achter het stuur van een racewagen, is het Belcarpeloton niet nieuw. Reeds eerder reed hij met Belgium Racing Belcarwedstrijden met de BMW Supertouring. Samen met Philippe Broodcooren werd dit snelle duo vorig seizoen algemeen kampioen in de Zolder Touring Cup. De BMW Compact werd afgelopen winter volledig gereviseerd en kreeg een vitaminekuur. Michel de Coster was niet ontevreden na het New Race Festival, maar voelt dat het potentieel van de BMW nog niet ten volle wordt benut. “We zijn niet agressief genoeg. Vroeger konden we tijdens de wedstrijden over 4 uren rekenen op onze sterke fysiek, maar hier gaat het over races over 2 uren en moeten we ons méér een sprintmentaliteit opleggen. Momenteel
draai ik 1’48”, maar in Zolder moet een chrono van 1’45” mogelijk zijn met de Compact. Uiteraard ligt de druk van de Belcar een stuk hoger dan in de Touring Cup. Je moet dan ook méér in de spiegels kijken. In ieder geval verwacht ik ons dit seizoen spoedig op het podium in de klasse TB. Vorig seizoen stonden we iedere wedstrijd op het ereschavot, en zulke dingen vervelen nooit”, besluit Michel De Coster.
Twee Ultima’s GTR aan de start
Een nieuw concept opbouwen is steeds een uiterst zware opdracht en gaat veelal gepaard met kleine kinderziekten die hier en daar de kop opsteken. En daar zijn ze zich bij Qvick Motors en Belgium Racing ook van bewust. Met de opbouw van de twee Ultima’s GTR heeft Erik Qvick terug zijn handen vol gehad de laatste maanden. Een dergelijke operatie gaat uiteraard niet over één nachtje ijs. Vandaar dat beide team een marge inbouwen, waarin ze zichzelf de tijd geven tot de 24 Uren van Francorchamps om de Ultima perfect onder de knie te krijgen. Je moet immers weten dat, buiten het originele buizenchassis en de carrosserie zowat alles is gewijzigd is aan deze prachtige Engelse bolide. Het inbouwen van die marge betekent echter niet dat men alles aan het toeval overlaat. Het exemplaar van Belgium Racing voor Theuws/Derdaele stond op de startgrid van het New Race Festival, de openingsklassieker van het Mediagroup Van Dyck Belcarkampioenschap.
Ondanks het feit dat tijdens de nachtelijke uren voor de wedstrijd nog een nieuwe en iets zwakkere krachtbron werd ingebouwd en de ophanging van de wagen niet optimaal functioneerde, slaagden Theuws/Derdaele/Geoffroy er toch in om een rondje Zolder af te haspelen in een chrono van 1’40”. Zowat de vierde beste tijd in GTB en een flinke opsteker na maanden van hard labeur. En dit is zeker geen referentietijd, want de ruwe diamant dient nog verder worden geslepen. Vooral de schokdempers van KW bleken te zwak tijdens het eerste treffen.
Het monteren van sterkere veren was een pleister op een houten been. Daardoor gedroeg de Ultima zich bijzonder nerveus en konden de banden niet op bedrijfs-temperatuur komen. Maar door het feit dat ondanks die problemen de Ultima van Belgium Racing reeds 1’40” draaide in Zolder en de race over 2 uren uitreed met
een extra pitstop (Geoffroy) en een stop and go kunnen we toch stellen dat de missie méér dan geslaagd is. Het is nu aan Qvick Motor Sport en Belgium Racing om de scherpe kantjes af te ronden. Niemand die eraan twijfelt dat de Ultima’s op termijn voor het ereschavot gaan. Komend weekend maakt ook het exemplaar van Qvick/Geoffroy zijn opwachting. Door het feit dat beide wagens tegen komend weekend nog moesten worden voorzien van een nieuwe krachtbron werd er niet getraind, waardoor de afstelling voorlopig nog met de natte vinger zal gebeuren.
Ondertussen kregen beide Ultima’s reeds een reeks evoluties mee. Ondermeer op gebied van electronica, waardoor méér gegevens kunnen worden afgelezen. Ook een power shift-systeem werd gemonteerd, waardoor men kan opschakelen zonder van het gas te gaan.
Erik Qvick betreurt wel het feit dat beide wagens op verschillend rubber geschoeid staan. Qvick Racing opteert voor Pirelli, terwijl Belgium Racing op Dunlops rijdt.
Bij de fijnafstelling kunnen daardoor wel verschillen ontstaan.
Michel De Coster: “We moeten iets agressiever gaan rijden”
Naast de twee Ultima’s mogen we uiteraard de escapades van het duo Broodcooren/
De Coster niet vergeten die de Belgium Racing-BMW Compact bemannen in de klasse TB. Voor Michel De Coster, die naast zijn job als gitarist bij ‘De Mens’ zich ook ontpopt als virtuoos achter het stuur van een racewagen, is het Belcarpeloton niet nieuw. Reeds eerder reed hij met Belgium Racing Belcarwedstrijden met de BMW Supertouring. Samen met Philippe Broodcooren werd dit snelle duo vorig seizoen algemeen kampioen in de Zolder Touring Cup. De BMW Compact werd afgelopen winter volledig gereviseerd en kreeg een vitaminekuur. Michel de Coster was niet ontevreden na het New Race Festival, maar voelt dat het potentieel van de BMW nog niet ten volle wordt benut. “We zijn niet agressief genoeg. Vroeger konden we tijdens de wedstrijden over 4 uren rekenen op onze sterke fysiek, maar hier gaat het over races over 2 uren en moeten we ons méér een sprintmentaliteit opleggen. Momenteel
draai ik 1’48”, maar in Zolder moet een chrono van 1’45” mogelijk zijn met de Compact. Uiteraard ligt de druk van de Belcar een stuk hoger dan in de Touring Cup. Je moet dan ook méér in de spiegels kijken. In ieder geval verwacht ik ons dit seizoen spoedig op het podium in de klasse TB. Vorig seizoen stonden we iedere wedstrijd op het ereschavot, en zulke dingen vervelen nooit”, besluit Michel De Coster.