[P De Sonville]

Gemengde gevoelens bij G&A Racing


G&A Racing gooit komend seizoen drie wagens in de strijd. De Mosler en een gloednieuwe BMW Z4 in de Mediagroep Van Dyck Belcar voor Kenis/De Keersmaecker en Lagrange/Smets terwijl de BMW 130i uitkomt in de BTCS met het duo Mattheus/Meert aan het roer.

Guino Kenis was de eerste die op de GT4-kar van SRO sprong en ontwikkelde een GT4-versie van de BMW Z4. Er werd reeds getest op de circuits van Abbeville en Zolder met het duo Patrick Smets/Niels Lagrange. Over Niels Lagrange hebben Guino Kenis en Patrick Smets trouwens niets dan lof. Net 16 jaar geworden en de jongste Belcarpiloot ooit.
“Niels heeft alles mee om een zéér goede piloot te worden”, luidt het in het G&A-kamp. “Hij is leergierig, luistert goed naar zijn leermeesters en is niet eigenwijs. Bovendien draait hij nu reeds knappe chrono’s en kan nog véél progressie maken”.
Véél concurrentie zal er in GT4 nog niet zijn. Beide piloten kunnen zich focussen op de Fords Mustang en eventueel op de traagste Porsches uit de Divisie 2. Bovendien kunnen ze de Z4 verder laten evolueren en nemen zodoende een jaar voorsprong op andere teams die op termijn de GT4-kaart zullen trekken.

Voor de Mosler ligt de situatie iets moeilijker. Normaliter was er voorzien dat deze bolide in zijn huidige configuratie met de 5-liter V8 toelating zou krijgen om aan te treden in Divisie 1 of GT3. De Mosler moet hiervoor gehomologeerd worden door RACB en SRO en krijgt dan het label van ‘Nationale’ GT3 opgekleefd.

Guino Kenis: “De komst van de Moslers van Gravity International Racing heeft mogelijk bepaalde mensen aan het denken gezet. Maar het kan evengoed door een andere reden zijn als ik wordt geweigerd in Divisie 1. Daardoor is de mogelijkheid reëel dat ik richting Divisie 3 verhuis. Op zich heb ik daar geen moeite mee. Maar véél zal afhangen van de normtijd die zal worden opgelegd aan de wagens uit Divisie 3 of Belcar Specials. Als blijkt dat ik daardoor moet inbinden wordt het Klasse 1 of……niets. Ik heb geen zin om het voetje te lichten. Ik zou trouwens niet weten waarom ik in mijn huidige configuratie niet zou mogen aantreden in de Divisie 1. Ik kan bewijzen dat de Moslers van Gravity op papier zelfs sneller zijn dan onze wagen. Hun ophanging en schokdempers zijn verder geëvolueerd en ze beschikken over een 7-liter motor terwijl wij ons ding doen met een 5-liter. Daardoor ligt hun koppel 150 Nm. hoger dan het onze. Ook onze achterspoiler is een stuk kleiner dan het exemplaar van de andere Moslers. Verder zijn de wagens identiek. Er zijn vorig seizoen garanties gegeven dat ik met deze wagen in zijn huidige configuratie toekomst had in de Belcar. Blijkt dit niet het geval, dan houden we het voor bekeken en gaan we in een ander kampioenschap rijden. Ik heb véél geïnvesteerd vorig seizoen en wil vooraan meedraaien”, besluit een strijdvaardige Guino Kenis.

Door de nieuwe reglementen van de Mediagroep Van Dyck Belcar is er geen plaats meer voor toerismewagens en moeten die noodgedwongen uitwijken richting BTCS of Belcar Endurance Cup. G&A Racing gaat met de BMW 130i richting BTCS. Deze wordt gemend door het duo Mattheus/Meert. De bloedmooie en supersnelle BMW 130i moet in staat zijn om binnen de top 10 algemeen te rijden en de overwinning in de Klasse T3 te viseren. Daarvoor werd bij G&A Racing niets aan het toeval overgelaten en werd de BMW voorzien van een WTCC-ophanging. Door het feit dat er momenteel nog maar drie wedstrijden (First Race Festival, 12 Hours of Spa & Last Race Festival) vaststaan zijn er nog geen titelambities. Na de eerste wedstrijd zal een evaluatie volgen met alle betrokken partijen om de rest van het seizoen te bespreken. In ieder geval is de BMW 130i de te kloppen wagen in de Klasse T3. Jean-Claude Meert en Chris Mattheus speelden vorig seizoen een belangrijke rol in de Klasse 3 van de Mediagroep Van Dyck Belcar Original. Meert werd samen met Haane kampioen terwijl Mattheus een overwinning boekte aan de zijde van Stephanie Boden.